Skip to content

Naira weet nu waar ze voor leert

‘Ik gaf mezelf één maand de tijd om een keuze maken. In minder dan een maand wist ik het al.’

Naira is in 2000 van Curaçao naar Nederland gekomen, samen met haar man en haar toen tweejarige dochtertje. ‘Ik kwam hier om te solliciteren, ik kwam voor een betere toekomst’, vertelt ze. Naira heeft van alles gedaan: ‘Ik begon met een opleiding tot administratief medewerker. Daarna wilde ik door en begon met de opleiding tot pedagogisch medewerker. Ik heb ook nog één jaar maatschappelijke zorg gedaan. Ik wist helemaal niet wat ik wilde. Er was veel onrust: ik kreeg in die tijd ook een tweede kind en uiteindelijk scheidde ik van mijn man.’

Lange tijd werkte ze parttime in de kinderopvang. Nu haar kinderen volwassen zijn, wil ze weer meer gaan werken. De kinderopvang vindt ze leuk, maar de zorg lonkte: ‘Ik zag de vacature voor WelSlagen Laurens, een traject waarin ik kon kennismaken met de zorg. Eerst tien weken als huiskamerbegeleider, daarna tien weken de zorg in: zo is het programma opgebouwd. Dat paste precies bij mij. Ik heb me aangemeld en werd aangenomen.’

Werkcoach

De begeleiding van Naira op de werkvloer wordt verzorgd door zorginstelling Laurens. Tijdens de stage zijn dat de werkbegeleiders op de afdeling. Judith Leeflang is vanuit Laurens de werkcoach, zij biedt aanvullende begeleiding. Dit is een nieuwe rol voor Laurens-medewerkers die zelf vanwege fysieke klachten zijn uitgevallen. Judith: ‘Ik bied op de persoon gerichte ondersteuning. De een heeft dat meer nodig dan de ander. Zijn er dingen die opgelost moeten worden, dan ben ik het eerste aanspreekpunt. Maar ik beoordeel ook mede de opdrachten.’

Tijdens het traject kwamen Naira, Judith en Miny eens in de drie weken bij elkaar om de voortgang te bespreken. Maar na de eerste week was de twijfel bij Naira al toegeslagen: ‘Ik zat op een Psychogeriatrie-groep. Dat was best heftig. De cliënten maakten veel en hard geluid, ze schreeuwden soms. Daar schrok ik van.’

Ze vroeg Judith om advies, die haar aanraadde om haar hart te volgen. Dat advies volgde Naira op: ‘Ik gaf mezelf één maand de tijd om een keuze maken. Maar in minder dan een maand wist ik het al. Ik zie de mensen hier als jongeren. Ze worden door hun ziekte weer kinderen. Dat besefte ik toen ik de bewoners aan het helpen was, met ze bezig was. Vanaf dat moment begon ik het steeds leuker te vinden: vanaf toen voelde ik liefde voor de mensen hier.’

Speciale band

In de zorg werken gaat Naira makkelijk af: ‘Ik heb zelf ook kinderen en die zijn klein geweest. Daar moest ik ook voor zorgen. Maar het is natuurlijk wel anders. Ouderen die bedlegerig zijn moet je bijvoorbeeld op bed verschonen. Mensen die kunnen staan, die laat je staan, en dan ga je ze verschonen.’

Er zijn altijd bewoners met wie je een speciale band hebt: ‘Er is hier een vrouw die ik heel leuk vind. We spreken dan Spaans samen. Ik begroet haar eerst, en vraag hoe het gaat. Ze zegt dan: “goed, goed, goed”. Daarna praat ze over haar pa en ma. Ze spreekt geen Nederlands. Ik kan als een van de weinigen hier met haar communiceren. Een andere mevrouw hier is soms een beetje agressief, maar als ze tot rust komt is ze heel lief. Wat ik doe: ik benader haar rustig. Soms moet je haar ook even laten. En als ze rustig is, gaat ze soms zingen.’

Miny Verberne, WelSlagen-coach vanuit Calibris Advies

‘De rol van werkcoach is uniek in dit project en werkt super. Deelnemers komen hier met een afstand tot de arbeidsmarkt. Dus er is in het verleden iets gebeurd waardoor het niet is gelukt om een opleiding te doen of binnen de zorg te werken. Zorgwerkgevers willen best graag mensen binnen hebben. Maar mensen hebben die baan niet voor niets nog niet. Er is extra begeleiding voor nodig om weer in een werkritme te komen en/of werknemersvaardigheden te leren, bekend te worden met de zorg, wennen aan onregelmatig werk. Binnen een reguliere BBL opleiding kunnen deze mensen verdrinken; de eisen in verantwoordelijkheden zijn groot. Binnen WelSlagen kunnen ze daar 20 weken aan werken en wennen. En de zorginstelling kan binnen dit traject ook wennen aan de begeleiding van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Daar ondersteun ik als coach vanuit Calibris Advies stagiaires en werkcoaches bij.
De randvoorwaarden, zoals kinderopvang, financiën, vervoerskosten e.d. wordt door de jobcoach van de gemeente ondersteund, zodat stagiaires zich volledig op WelSlagen kunnen richten. De huiskamerbegeleider is de werkbegeleider op de werkvloer, maar die is niet altijd opgeleid om iemand te begeleiden. De werkcoach richt zich daarom zowel op ondersteuning van zowel de deelnemers als de werkbegeleiders. Het werkt goed samen met de rol van coach die wij vanuit Calibris Advies bieden.’

Verder leren

Miny Verberne is positief over hoe het traject is opgezet: ‘Waar we binnen WelSlagen vaak met meerdere zorginstellingen samenwerken, hebben we hier samen met Laurens een traject opgezet dat helemaal gericht is op Laurens. In drie jaar tijd leiden we zes groepen op. Elk traject duurt twintig weken. In die twintig weken moet er een bepaalde ontwikkeling te zien zijn. Het onderwijs hebben wij voor Laurens vanuit Calibris Advies zelf ontwikkeld en aangeboden. Er wordt hierin ook overlegd met Laurens Academie. De deelnemers krijgen coaching, en er is aan het einde ook een NOA test. Dat samen geeft een indicatie van het niveau. Soms komt daar niveau 3 uit, maar voor de meesten, zo ook voor Naira, was dat niveau 2.’

Naira: ‘Ik ga volgende maand binnen Laurens BBL-niveau 2 starten, op een andere locatie. Niveau 3 was mogelijk, maar uiteindelijk heb ik dit besproken met Judith en Miny gekozen voor niveau 2. Ik leer nu een heel nieuw vak. Met niveau 2 kan ik het rustig aan doen. Dat past bij mij.’

Judith: ‘Straks laten we elkaar los. Na een paar weken bel ik de deelnemers en vraag ik hoe het gaat. Als ze tegen problemen aanlopen, kunnen ze mij altijd bellen. De ervaring leert tot nu toe dat dat niet nodig is. Ze vinden op hun nieuwe plek snel weer hun weg.’

Ook vanuit Calibris Advies is er nog drie maanden nazorg. Miny: ‘Maar alleen als het nodig is. Net zoals in een echte werkomgeving. We leren iedereen dat je eerst gaat naar iemand die daarvoor is, meestal de teamleider. Soms weten ze de weg nog niet, dan helpen we ze.’

Toekomst

Naira is blij met de kans die ze heeft gekregen: ‘Ik hou van leren. Vroeger moest ik boeken lezen omdat mijn moeder dat zei. Maar ik vond er niks aan. Ik wist eigenlijk niet wie ik was, wat ik wilde. Later toen ik studeerde vond ik een stageplek in een bibliotheek. Toen ging ik ging boeken lezen en ik vond het zo lekker! Ik nam steeds meer boeken mee naar huis om te lezen. Mijn zoon zei: “Pas op mama, dadelijk ga je nerd worden.” Als je weet waarvoor je iets doet, wordt het ineens veel leuker.’

‘Ik geloof in God. God heeft een doel met iedereen. Wat Hij voor toekomst voor mij heeft weet ik niet, maar ik weet dat Hij me ergens wil hebben in het leven. De afgelopen jaren heb ik ontdekt wie ik ben, wat ik wil, wat mijn talenten zijn. Alle moeders moeten eigenlijk een opleiding doen vind ik, je leert zoveel en je bent een voorbeeld voor je kinderen. En het is ook nog eens heel leuk! Toen ik jong was wilde ik rechter worden, of psycholoog. Nu heb ik daar geen tijd meer voor. Nu wil ik eerst mijn opleiding succesvol afronden. Extra Nederlandse les nemen, leuke dingen blijven doen. En vooral van het leven blijven genieten.‘

Sylvia Strooband, teammanager bij de Laurens Academie

‘Op dit moment is er een enorm arbeidsmarkttekort, en ook Laurens zoekt veel mensen die in de zorg kunnen en willen werken. Om goede mensen aan het bed te krijgen, moet je op zoek naar initiatieven en samenwerkingen. Twee jaar geleden sprak ik met Frank, de directeur van Calibris Advies, en vroeg hem om mee te denken over deze uitdaging. Het plan dat volgde: we leiden Rotterdammers met een afstand tot de arbeidsmarkt op om bij Laurens te gaan werken, verspreid over drie jaar in zes groepen. Deelnemers werden aangemeld door de gemeente Rotterdam. Werken met deze groep is niet altijd makkelijk, maar de manier waarop we het doen werpt zijn vruchten af. De samenwerking met Calibris Advies is goed, en ook zijn we blij met de nieuwe rol van werkcoach: dat zien we als één van de successen.

We vinden het belangrijk om te investeren in deze startende medewerkers, maar ook om ze alvast te binden. Inmiddels wordt het project ook breed binnen de organisatie gedragen, dat is nodig voor het slagen ervan. Ik ga persoonlijk naar alle locaties om het verhaal te vertellen en gebruik daarvoor ‘storytelling’. Omdat de eerste twee groepen al succesvol zijn afgerond, gaat het binnen Laurens nog meer leven. We hadden veel aanmeldingen. We dachten dat het zou opdrogen, maar het blijft komen: het zingt rond in Rotterdam. Ik ben positief over de vier groepen die nog gaan komen. Vanuit Laurens hebben we gezegd dat we altijd verschillende doelgroepen willen laten instromen. WelSlagen past daar goed bij, en ik zie het voor me dat we het project kunnen verduurzamen binnen Laurens. De komende tijd gaan we eerst zelf nog veel leren: hoe de processen lopen, wat er beter kan. Maar zeker is dat we altijd mensen nodig zullen blijven houden.’

Back To Top